Conservatie |
Voorafgaand aan elke ingreep wordt een analyse gemaakt van het te behandelen object of project en haar context. Dit betreft zowel (kunst)historische als materiaaltechnische aspecten. Elk soort materiaal heeft specifieke eigenschappen en vergt aangepaste methodes en technieken voor de behandeling ervan. De conditie van object/erfgoed en de omgeving ervan wordt onderzocht en gedocumenteerd en in overleg worden de juiste opties voor behandeling bepaald. Het conserveren van waardevol patrimonium betekent in eerste instantie het treffen en aanbevelen van preventieve maatregelen en in de tweede plaats het uitvoeren van conserverende ingrepen. Deze dienen de toestand te stabiliseren en te vrijwaren van verdere deterioratie/alteratie.
Naast onderzoek en documenteren, zijn consolideren, fixeren, verlijmen en reinigen de voornaamste ingrepen. Restauratieve ingrepen op de meest waardevolle kunstvoorwerpen, zoals aanvullingen en retouches worden tegenwoordig tot een minimum beperkt. Ze worden enkel toegepast indien de leesbaarheid van het object als onvoldoende wordt geacht. Op het vlak van bouwkundig erfgoed blijven architecturale aanvullingen soms noodzakelijk of onafwendbaar. Van start tot oplevering worden alle ondernomen stappen gedocumenteerd aan de hand van foto’s en beschrijvingen in een rapport.
|
Experts in ConservatieVoorafgaand aan elke ingreep wordt een analyse gemaakt van het te behandelen object of project en haar context. Dit betreft zowel (kunst)historische als materiaaltechnische aspecten. Elk soort materiaal heeft specifieke eigenschappen en vergt aangepaste methodes en technieken voor de behandeling ervan. De conditie van object/erfgoed en de omgeving ervan wordt onderzocht en gedocumenteerd en in overleg worden de juiste opties voor behandeling bepaald. Het conserveren van waardevol patrimonium betekent in eerste instantie het treffen en aanbevelen van preventieve maatregelen en in de tweede plaats het uitvoeren van conserverende ingrepen. Deze dienen de toestand te stabiliseren en te vrijwaren van verdere deterioratie/alteratie. |
Het "meerkleurig" schilderen van architectuur en artefacten wordt sinds de klassieke oudheid toegepast. Het schilderen van gebouwen is een aparte discipline, met name architectuurpolychromie. In navolging van Romeinse voorbeelden, worden in onze contreien sinds de romaanse periode beelden en gebouwen (interieur en exterieur) gepolychromeerd. Houten en stenen beelden werden “gestoffeerd” in rijkelijke textielimitaties en de oudste ons overgeleverde afwerklagen van gebouwen zijn “bouwmateriaalimitaties”: bak- en natuursteen. Deze traditie werd tot ver in de 19e eeuw toegepast.
De drager van polychromiearchitectuur is meestal kalkmortel, maar hout of natuursteen, zelfs terracotta en andere komen ook voor. Gebruikte pigmenten zijn eerder van minerale oorsprong en kleurstoffen organisch. Naar gelang de ondergrond en het beoogde resultaat worden diverse media gebruikt: meestal olie-achtige of minerale bindmiddelen, maar ook harsen en proteïnen worden met pigmenten gemengd. De wellicht meest waardevolle techniek is het aanbrengen van bladgoud, dat op zeer diverse manieren werd afgewerkt.
PolychromieHet "meerkleurig" schilderen van architectuur en artefacten wordt sinds de klassieke oudheid toegepast. Het schilderen van gebouwen is een aparte discipline, met name architectuurpolychromie. In navolging van Romeinse voorbeelden, worden in onze contreien sinds de romaanse periode beelden en gebouwen (interieur en exterieur) gepolychromeerd. Houten en stenen beelden werden “gestoffeerd” in rijkelijke textielimitaties en de oudste ons overgeleverde afwerklagen van gebouwen zijn “bouwmateriaalimitaties”: bak- en natuursteen. Deze traditie werd tot ver in de 19e eeuw toegepast. |
|
De conservator-restaurateur van muurschilderkunst behandelt decoratieve en figuratieve muurschilderingen, al of niet deel uitmakend van een groter geheel. Traditionele technieken zijn a fresco of a secco. Fresco’s zijn per definitie mineraal gebonden met de kalkmortel waardoor ze als het ware “versteend” zijn met de ondergrond. De picturale lagen van Secco’s zijn gebonden met dierlijke of (an)organische bindmiddelen (oliën, proteïnen, harsen, kalkcaseïnaten …) en kunnen dus door ouderdom of door bepaalde klimatologische toestanden loskomen van de drager.
De kennis van de klimatologische toestand van het gebouw en schadelijke gevolgen ervan, vormen de basis voor preventieve maatregelen en consoliderende ingrepen. Het consolideren van pleisterlagen aan de ondergrond en fixeren en reinigen van picturale lagen vormen de basis van het behoud. Indien aan- of invullingen noodzakelijk geacht worden, gebeuren deze met mortels met de zelfde materiaaltechnische eigenschappen als de te behouden decoraties en met alkalibestandige en lichtechte pigmenten opgelost in reversibele media. Muurschilderingen zitten vaak verborgen onder verflagen. Ze opnieuw vrijleggen is een overwogen beslissing en gebeurt door middel van mechanische middelen (scalpel, burijn,...) of oplosmiddelen en onder vergroting. Ook het conserveren van graffiti voert de specialist in muurschilderkunst uit.
|
MuurschilderkunstDe conservator-restaurateur van muurschilderkunst behandelt decoratieve en figuratieve muurschilderingen, al of niet deel uitmakend van een groter geheel. Traditionele technieken zijn a fresco of a secco. Fresco’s zijn per definitie mineraal gebonden met de kalkmortel waardoor ze als het ware “versteend” zijn met de ondergrond. De picturale lagen van Secco’s zijn gebonden met dierlijke of (an)organische bindmiddelen (oliën, proteïnen, harsen, kalkcaseïnaten …) en kunnen dus door ouderdom of door bepaalde klimatologische toestanden loskomen van de drager. |
Kalkmortels werden in onze contreien ook door de Romeinen geïntroduceerd. De toepassingen zijn legio: metsel- en voegmortels, “badigeons”, kalkwitsellagen en schilderwerk, vlak en geornamenteerd pleisterwerk, laag en hoogreliëf tot zelfs beeldhouwwerk. De afwerking van een gebouw, begint waar een pleisterlaag wordt aangebracht. Altri Tempi conserveert geornamenteerd en gebeeldhouwd stuc (Stucwerk is een verzamelnaam voor het aanbrengen van lagen of ornamenten in pleister).
Kalk heeft zeer specifieke eigenschappen: luchtkalk verhardt door een chemische reactie met koolzuur (C02 en wordt carbonatatie genoemd) en hydraulische kalk bindt af door toevoeging van water. De kwaliteit wordt bepaald door de juiste mengverhouding van kalk en diverse zandsoorten. In interieurs werd traditioneel luchtkalkmortel toegepast. Deze leent zich omwille van de trage uitharding uitstekend voor sculpteerwerk. De drager is natuur- of baksteen en voor plafonds in veel gevallen hout. Fixatie van de mortel aan drager is de meest precaire behandeling in deze discipline. Voornamelijk op houten dragers is het schadebeeld meestal zeer ernstig. Voor de plastische herstellingen is kunnen boetseren uiteraard een must. Kalkmortels worden ook toegepast in het herstel van natuurstenen sculpturen en ornamenten.
KalkpleisterwerkKalkmortels werden in onze contreien ook door de Romeinen geïntroduceerd. De toepassingen zijn legio: metsel- en voegmortels, “badigeons”, kalkwitsellagen en schilderwerk, vlak en geornamenteerd pleisterwerk, laag en hoogreliëf tot zelfs beeldhouwwerk. De afwerking van een gebouw, begint waar een pleisterlaag wordt aangebracht. Altri Tempi conserveert geornamenteerd en gebeeldhouwd stuc (Stucwerk is een verzamelnaam voor het aanbrengen van lagen of ornamenten in pleister). |
|
Meer dan welk ander materiaal verbindt natuursteen ons met onze eigen bodem en cultuur. Omwille van haar duurzaamheid is natuursteen het meest toegepaste materiaal in ons bouwkundig erfgoed. Toch is de moeilijkste uitdaging bij de behandeling ervan het stabiliseren van de verwering. De conservator-restaurateur kent de historische aspecten van het gebruik en de technische aspecten van natuursteen, met in bijzonderheid de oorzaken en patronen van verwering (pathologie). Tot de opdrachten behoren zowel losstaande beelden en objecten als architecturaal geïntegreerde onderdelen: altaren, portalen, reliëfs en ornamenten. Elke soort natuursteen vergt een aangepaste behandeling en ook hier primeert conservatie op restauratie. maar plastisch herstel kan gebeuren met natuursteen of op maat vervaardigde kalk-of zinkmortels.
Naast natuursteen behandelt Altri Tempi ook gipsen en kunststenen objecten en on- en geglazuurde keramiek.
|
Natuursteen en steenachtige materialenMeer dan welk ander materiaal verbindt natuursteen ons met onze eigen bodem en cultuur. Omwille van haar duurzaamheid is natuursteen het meest toegepaste materiaal in ons bouwkundig erfgoed. Toch is de moeilijkste uitdaging bij de behandeling ervan het stabiliseren van de verwering. De conservator-restaurateur kent de historische aspecten van het gebruik en de technische aspecten van natuursteen, met in bijzonderheid de oorzaken en patronen van verwering (pathologie). Tot de opdrachten behoren zowel losstaande beelden en objecten als architecturaal geïntegreerde onderdelen: altaren, portalen, reliëfs en ornamenten. Elke soort natuursteen vergt een aangepaste behandeling en ook hier primeert conservatie op restauratie. maar plastisch herstel kan gebeuren met natuursteen of op maat vervaardigde kalk-of zinkmortels. |
Het soort objecten dat door de houtrestaurateur behandeld wordt, is zeer uiteenlopend: van beelden en historisch meubilair gaat het tot portalen maar ook constructieve bouwonderdelen. Elk object wordt eerst onderzocht op de aanwezigheid van actieve houtaantasting; vaak met behulp van een endoscoop.
De analyse van het schadebeeld bepaalt ook hier het behandelingsvoorstel met het oog op een maximaal behoud aan materiaal en reversibiliteit van de ingrepen. Er wordt afgewogen waar polymeerchemische producten van toepassing zijn, maar traditionele ambachtelijke technieken met houtvervanging worden in deze discipline nog zeer vaak toegepast. Vaak staat de houtrestaurateur andere disciplines bij of vice versa.
Houten beelden, meubilair en objectenHet soort objecten dat door de houtrestaurateur behandeld wordt, is zeer uiteenlopend: van beelden en historisch meubilair gaat het tot portalen maar ook constructieve bouwonderdelen. Elk object wordt eerst onderzocht op de aanwezigheid van actieve houtaantasting; vaak met behulp van een endoscoop. |
|
We onderscheiden restauraties van schilderijen op paneel en op doek omdat beide dragers een specifieke aanpak vergen. Het behandelen van de picturale lagen is per definitie werken op microschaal. Weinig kunstwerken worden 'untouched' tot ons overgeleverd, zodat kennis van oude ingrepen inherent is en men in specifieke gevallen eerder van "de-restauratie en conservatie" kan spreken dan van restauratie. Restauraties worden in atelier, maar soms ook in tijdelijke (pop up) ateliers op de werf en elders uitgevoerd. Marouflages behoren ook tot deze discipline, waarbij een interdisciplinaire aanpak met de restaurateur van kalkmortel noodzakelijk is.
|
SchilderijenWe onderscheiden restauraties van schilderijen op paneel en op doek omdat beide dragers een specifieke aanpak vergen. Het behandelen van de picturale lagen is per definitie werken op microschaal. Weinig kunstwerken worden 'untouched' tot ons overgeleverd, zodat kennis van oude ingrepen inherent is en men in specifieke gevallen eerder van "de-restauratie en conservatie" kan spreken dan van restauratie. Restauraties worden in atelier, maar soms ook in tijdelijke (pop up) ateliers op de werf en elders uitgevoerd. Marouflages behoren ook tot deze discipline, waarbij een interdisciplinaire aanpak met de restaurateur van kalkmortel noodzakelijk is. |